Tell (a) Tale

22.02.2022

Op bezoek

De denkbeeldige kapstok van Dante

Joanne Meijer ging op atelier bezoek bij Dante van Elburg

Dante van Elburg is beeldend kunstenaar, in 2021 studeerde hij af aan BEAR aan ArtEZ in Arnhem. Op dit moment werkt Dante aan een installatie die doet denken aan de inrichting van een café of kroeg wanneer deze gesloten is. Delen van barkrukken en tafels, de kringen van kopjes koffie en bier op een tafelblad. De onderkant van een tweepersoons tafel is zichtbaar gemaakt. In het werk zijn canvassen gebruikt als sculptuur middel, dit noemt de kunstenaar ‘flat paintings’. Ik bezoek hem in zijn atelier met uitzicht op de Rijn om meer te horen over zijn eigenzinnige manier van werken, zijn artistieke familie en de nieuwe installatie die hij voor het eerst bij RUIS zal tonen:

 

Joanne Meijer (JM) : Is er een recept voor Dante van Elburg-werk? Wat zijn de ingrediënten?

Dante van Elburg (DvE) : Ik denk niet dat er één recept is. De meest interessante kunstenaars vind ik vaak de maker die die honderden kunstenaars lijken te zijn. Kunstenaars die werk maken waarvan je jezelf steeds afvraagt: is dit nu óók uit de handen van die kunstenaar ontstaan? Dat probeer ik ook te bereiken. Het is als een kapstok met duizend verschillende jassen. Als ik weet wat een jas is, dan hang ik hem op de kapstok en pak ik een nieuwe jas. Dat stijl niet meer zoveel betekent is een streven voor mij, of in ieder geval, het steeds wisselen van stijl.

Als ik weet wat een jas is, dan hang ik hem op de kapstok en pak ik een nieuwe jas.

Om die reden gebruik ik niet per se een medium. Misschien is de attitude die ik heb wel een soort ingrediënt. Als je doorwerkt in een medium krijg je al snel een handigheid en bij die handigheid hoort dan ook een soort stijl. Nu zit de stijl meer in een attitude, een houding.

Proces van de installatie bij RUIS.


JM : Gedurende je afstuderen aan BEAR (Base for Experiment, Art and Research) aan ArtEZ in Arnhem heb je in je artistic research de focus gelegd op de onbeslisbaarheid van een kunstenaar. In dit geval jij zelf. Kan je uitleggen waar dit onderzoek over ging?

DvE : Het gaat heel concreet over het maken van keuzes wanneer je en kunstwerk maakt. Zoals het kiezen welke kleuren je gebruikt, of bepalen wanneer een werk af is voor voor mij staat dat totaal open. Ook wat het kunstwerk gaat doen met de toeschouwer staat niet vast. Met die attitude schrijf ik ook teksten over mezelf als kunstenaar en mijn werk, zonder te veel keuzes te hoeven maken. Een tekst moet zowel voor een kunstliefhebber als een subsidiebeoordelaar helder zijn.

JM : Heb je recentelijk een kunstenaar ontdekt die je helemaal te gek vind?

DvE : Ik haal heel veel inspiratie van Instagram. De hele dag door sla ik allerlei kunstwerken op die ik tijdens het scrollen tegen kom. Ik heb ook wel echt een artistic family. Daartoe behoren kunstenaars die nog op de academie zitten tot mensen die al veertig jaar dood zijn. Recentelijk voegde ik aan die artistieke familie Walter Swennen en Michiel Ceulers toe, beiden Belgische schilders. En Michael E. Smith. Het speelse en het niet lineaire trekt me heel erg aan in hun werk. Je kan niet gelijk lezen wat iets voorstelt. Het idee is niet in één keer te zien.

Guillaume Bijl is echt één van mijn artistic fathers. Zijn werk gaat over het alledaagse kunnen waarderen. Guillaume is een echte verzamelaar en maakt complete ruimtes na: een matrassenland, een kapperszaak of een lampenwinkel. Toen ik net begon met kunst maken maakte ik ook veel dingen na. Nu doe ik dat nog steeds, maar verander ik er wel veel aan. Zoals ik dat nu ook doe bij de ‘Flat Paintings’, een serie liggende schilderijen waar ik aan werk. Ik onderzoek hoe de compositie van iets dat me opvalt (dat kan een situatie op straat zijn maar ook een bestaand kunstwerk) in elkaar zit, hoe iets letterlijk vorm heeft gekregen, zoals eens terrastafel of een parasolstandaard.

Een ‘flat painting’ die Dante maakte voor de installatie bij RUIS.


JM : Is er iets wat je altijd al wilt doen, maar wat je nog niet hebt gerealiseerd? Heb je een grote droom? Een bepaald werk dat je nog wilt maken?

DvE : Ik wil graag goed leren schilderen. Technieken goed kunnen beheersen. Langer bezig kunnen zijn met één werk. Ik wil misschien een master doen in schilderen, om daar volledig op te kunnen focussen. Voor nu voel ik juist heel veel nieuwsgierigheid naar hoe je iets kan bouwen zonder dat je daar een bepaalde techniek voor nodig hebt.

JM : De inspiratie voor de installatie die je bij RUIS toont vond je in de etalages van leegstaande kroegen, waar alle meubulair opgestapeld stond. Werk je vaker zo? Je komt iets tegen en denkt: hier moet ik iets mee?

DvE : Ja inderdaad. Later dacht ik pas: dit is echt een monument, niet bedoeld voor de horeca, maar ineens valt het je op, al die stoelen op tafels. Iets wat je normaal nooit ziet, meestal ben je niet als laatste weg. De volgende ochtend staan ze alweer naar beneden. Ik ben dus meer vanuit de vorm begonnen.

JM : Hoe begin je met het maken? Had je al bijvoorbeeld veel materiaal verzameld?

DvE :  Ik begin bijna altijd met het uitprinten van foto’s die ik vervolgens nateken, zo eenvoudig mogelijk. Iedere tekening is net weer anders. Vanuit daar krijg ik vaak weer motivatie om door te gaan. Het tekenen geeft me inzicht in hoe ik iets kan vormgeven als een sculptuur of schilderij.

Met mijn eerste ideeën voor een sculptuur in mijn achterhoofd, ga ik op zoek naar materiaal en kom ik bijvoorbeeld wat barkrukken tegen. Van die krukken wil ik dan niet teveel van verwerken in de installatie, want dan worden het meer readymades. Ik ben de meubels aan het aanpassen en vervormen en breng de losse onderdelen samen tot een grotere installatie.

De aanleiding voor het maken van een werk kan zoiets simpels als een sticker zijn.

 

 

 

 

 

 

 

 

JM : Hoe denk je over doel en toeschouwer binnen je kunstpraktijk? Welke ervaring wil je de toeschouwer meegeven?

DvE : Alles wat ik doe is uiteindelijk deel van een proces, wat de toeschouwer hier van vindt is voor mij niet zo belangrijk. Als een kunstwerk af is kom ik er vaak pas achter dat ik op zoek was naar iets.
Wanneer de tentoonstelling af is wil ik er ook graag voor mezelf over schrijven. Om bij mezelf na te gaan: wat hangt er nu eigenlijk, wat heb ik gedaan? En hoe staat dat in relatie tot eerder gemaakt werk en tot wat ik hierna ga maken? Ik kan niet in series werken, ik wil steeds iets nieuws uitproberen.

Veel kunstenaars, voornamelijk schilders die ik bewonder, hebben zich gedurende hun carriere op één onderwerp gefocust. Ze doen dat eigenlijk voor niemand anders dan henzelf, het onderwerp is vaak ook niet heel boeiend. Persoonlijk vind ik dat aandoenlijk. Een kunstenaar als bijvoorbeeld René Daniëls, schildert al jarenlang strikken.  Hij doet het vooral voor zichzelf. Dat creëert een afstand, en tegelijk iets persoonlijks. Je kan als toeschouwer dan een eigen weg in het werk vinden. Zelf zou ik dat echt niet kunnen, ik wil nu vooral nog nieuwe dingen ontdekken in het maken en heb nog lang niet alle jassen van die denkbeeldige kapstok kunnen dragen.